Bijdrage Eerste herziening Omge­vings­ver­or­dening NH2022 en Tweede herziening Omge­vings­ver­or­dening NH2020 vanwege uitstel Omge­vingswet


Groene ambities vertalen in concrete regel­geving

19 december 2022

Voorzitter, er is weinig tijd. Weinig spreektijd voor zo’n volle agenda, weinig resterende tijd in deze Statenperiode (ik heb zojuist vernomen dat Gedeputeerde Kohler een onneembare horde zal worden), maar vooral weinig tijd om alle uitdagingen waar we als provincie voor staan het hoofd te bieden. Een positieve constatering is dat een meerderheid in dit huis die uitdagingen onderkent. En omdat de Omgevingsverordening bij uitstek de plek is om deze ambities in concrete regelgeving te vertalen, willen we de coalitie de helpende hand bieden in haar route richting een gezonde, schone en veilige leefomgeving.

Ik zal niet te diep in de details van de moties die ik vandaag in ga dienen duiken. Dat heb ik immers in de commissie al gedaan en ze zijn ruim op tijd in concept verspreid onder de woordvoerders. Zij hadden hierdoor de tijd om ze binnen hun fracties te bespreken.

Dit doen we als Partij voor de Dieren altijd: alle ruimte bieden aan andere fracties om opmerkingen en aanvullingen aan te dragen. Coalitie én oppositie, links én rechts, groen én grijs. Daarna laten we onze moties onderwerpen aan een Griffietoets én een ambtelijke toets, waarna we de resultaten daarvan verwerken en we de aangepaste versies nogmaals verspreiden. En het feit dat er deze keer geen opmerkingen en aanvullingen zijn aangeleverd vanuit uw collega’s, stemt ons hoopvol. Blijkbaar wordt onze inzet zeer gewaardeerd. Hard work pays off, blijkbaar. Nog zo’n fijne constatering!

Toch even over de moties, die ik overigens allemaal samen met de Partij van de Ouderen indien. De aangekondigde motie 1 over de Omgevingsvisie is vervangen door 1b. Want een visie moet in onze ogen levendig blijven, omdat er nou eenmaal allemaal onvoorziene zaken kunnen plaatsvinden. De laatste paar jaar zijn daar bij uitstek exemplarisch voor.

Het dictum van deze motie luidt:

verzoeken GS:

- een herziening van de Omgevingsvisie in gang te zetten;

en gaan over tot de orde van de dag.

Voorzitter, dan een aantal moties aangaande het waterdossier.

Door de goede ondersteuning van onze ambtenaren, zijn we tot de conclusie gekomen dat het noodzakelijk is om helder te krijgen wat de meest kansrijke en effectieve instrumenten zouden kunnen zijn om de waterdoelen te halen. Daarover komen we met een motie. (motie 2).

Dictum:

verzoeken GS:

- te verkennen welke instrumenten uit het overzicht ‘Mogelijke aanvullende maatregelen KRW’ het meest effectief, nuttig en toepasbaar zijn om de waterkwaliteit- en kwantiteit in Noord-Holland te verbeteren;
- e
n PS daarover voor de zomer van 2023, of zo snel mogelijk daarna, te informeren;

en gaan over tot de orde van de dag.

In Flevoland is een totaalverbod op risicovolle activiteiten rond grondwaterbeschermingsgebieden. In navolging van de eerder aangenomen motie over vuurwerk in stiltegebieden nu een motie over een vuurwerkverbod rond grondwaterbeschermingsgebieden (motie 3).

Dictum:

verzoeken GS:

- in de volgende herziening van de Omgevingsverordening NH2022 (en zo nodig ook nog in de Omgevingsverordening 2020) een vuurwerkvrije zone vast te leggen in en rondom grondwaterbeschermings- en waterwingebieden;

en gaan over tot de orde van de dag.

    Goede voorbeelden trekken twijfelaars over de streep. Daarom deze motie om positieve voorbeelden te stimuleren en te versnellen als het gaat over waterproblematiek. (motie 4).

    Dictum:

    verzoeken GS:

    - te verkennen hoe de provincie groene voorbeelden die waterproblemen bij de bron aanpakken (zoals teelten zonder bestrijdingsmiddelen, natte teelten en waterbesparing) extra kan stimuleren, podium kan geven en kan versnellen;
    - hierover voor de zomer van 2023, of zo snel mogelijk daarna, aan PS te rapporteren;

    en gaan over tot de orde van de dag.

      Voorzitter, u begrijpt dat het ons meer om de intentie dan om een datum gaat. Dus dit valt eventueel aan te passen.

      Dan faunabeheer, voor mijn fractie wel een heikel punt.

      Er wordt een ‘gedragsdeskundige’ toegevoegd aan de faunabeheereenheid, en die helpen we graag om invulling te geven aan diens rol. Daarom deze motie met als dictum (motie 5):

      verzoeken GS:

      - in de volgende periodieke herziening van de Omgevingsverordening NH2022 en mogelijk ook nog van de Omgevingsverordening OVNH2020, onder eisen voor het opstellen van een faunabeheerplan op te nemen dat de intrinsieke waarde van het dier centraal moet worden gesteld en dus zwaar moet meewegen;

        en gaan over tot de orde van de dag.

        En daarbij iets dat door deze Staten toch wel moet worden omarmt, en dan met name door de partijen die een prudent financieel beleid voorstaan. Er is geen financiële verantwoording in het jaarverslag van de faunabeheereenheid. En nu zijn we natuurlijk ook niet wettelijk verplicht om dat te vragen, maar als je 1,2 miljoen per jaar aan subsidie verstrekt, dan zou het toch niet vreemd zijn om op z’n minst te vragen wat er met die centjes wordt gedaan?

        Daarom deze motie (motie 7, 6 en 7 zijn even omgedraaid) met als dictum:

        verzoeken GS:

        - bij de volgende herziening van de Omgevingsverordening een aanvullend lid toe te voegen aan het artikel “Jaarlijks verslag faunabeheereenheid” om daarmee een financiële rapportage te borgen;

        en gaan over tot de orde van de dag.

        U ziet dat hierin de ruimte wordt gelaten uit te werken welke vorm zo’n rapportage precies zou moeten hebben. Ook hier gaat het om de intentie. Het gesprek hierover aangaan met de FBE zou al een mooie stap zijn.

        Dan wel motie 6, en daar wil ik toch ietsje langer bij stilstaan.

        In de Omgevingsverordening staat dat nieuwe bedrijven zich niet mogen vestigen, omdat “De intensieve veehouderij een grote impact kan hebben op de leefomgeving, door bijvoorbeeld geurhinder, uitstoot van fijnstof, ammoniak, zoönosen en endotoxinen. Ook is dierenwelzijn een onderwerp dat tot maatschappelijke discussies leidt. Om die redenen is een vergroting van het aandeel intensieve veehouderij niet gewenst." Vanuit die redenering is het toch logisch om bij een volgende versie van de OV een verbod op te nemen voor verdere groei van reeds bestaande intensieve veehouderijen. Daarom komen we met deze motie (dus wel 6).

        Dictum:

        verzoeken GS:

        - om zo snel als (juridisch) mogelijk bij een nieuwe herziening van de Omgevingsverordening uitbreiding van bestaande intensieve veehouderij niet meer toe te staan;

          en gaan over tot de orde van de dag.

          Dan weer in de volgorde: Motie 8, ook landbouw-gerelateerd. De provincie kan beperkingen opleggen aan het gebruik van bestrijdingsmiddelen in de sierteelt en bollenteelt. In Drenthe blijkt uit juridisch onderzoek dat daar mogelijkheden voor zijn op basis van het voorzorgsbeginsel. Ons voorstel zou ook zijn om dat te onderzoeken. Daarom deze motie (motie 8) met als dictum:

          verzoeken GS:

          - een overzicht te maken welke mogelijkheden het Omgevingsrecht, het Ruimtelijke Ordeningsinstrumentarium, het voorzorgsbeginsel en de natuurwetgeving de provincie biedt om beperkingen op te leggen aan het gebruik van bestrijdingsmiddelen in de sier- en bollenteelt;
          -
          hierover voor de zomer van 2023, of zo snel mogelijk daarna, aan PS een brief te sturen;

          en gaan over tot de orde van de dag.

          Het mooie hiervan is dat er om een overzicht gevraagd wordt van wat ons reeds ter beschikking staat, zodat het geen extra financiële middelen vereist zijn voor ingewikkelde onderzoeken.

          Dan als laatste, want er is zoals gezegd nou eenmaal weinig tijd, de verdringingsreeks oppervlaktewater bij droogte. Het is uiteindelijk geen amendement geworden, omdat we dat toch niet helemaal in lijn vonden met onze rol als constructieve oppositiepartij. Maar er heerst bij mijn fractie wel een zorg dat natuur zich weliswaar op sommige plekken uiteindelijk zal herstellen na droogte, maar dat dit wel de nodige onnodige slachtoffers onder de aanwezige fauna zal opleveren. En gezien de klimaat- en biodiversiteitscrises kiest de Partij voor de Dieren, samen met de Partij van de Ouderen en de SP, toch eerder voor de IJsvogel dan voor FC Poldervogels. Daarom dienen we gedrieën deze motie (A1, omdat deze oorspronkelijk als amendement is aangekondigd) in, waarvan het dictum luidt:

          verzoeken GS:

          - de huidige indeling, samen met maatschappelijke partners, tegen het licht te houden;
          - hierbij natuur uit categorie 4 zo hoog mogelijk in de ladder van deze categorie te plaatsen;
          - in ieder geval te plaatsen boven ‘beregening sportvelden’;

          en gaan over tot de orde van de dag.

          Er is weinig tijd, nu ondertussen zelfs nog minder. Dus laten we samen, coalitie én oppositie, weer een stap zetten richting die schone, gezonde en veilige toekomst!

          Dank u wel!