Overwinning voor mens en dier! Geen nieuwe geitenhouderij
Raad van State zet streep door vergunning geitenhouderij Enkhuizen
Een nieuwe geitenhouderij met 1.800 geiten en 200 lammeren in Enkhuizen kan niet doorgaan. De Raad van State besliste dat het daar geldende bestemmingsplan deze intensieve veehouderij in de weg staat. Eerder besliste de gemeente Enkhuizen na veel verzet van burgers en Partij voor de Dieren Noord-Holland om de Omgevingsvergunning in te trekken. De nieuwe poging van de geitenhouder om toch een vergunning te krijgen strandde ditmaal bij de Raad van State.
Geitenhouderij ‘De Elsenburg’ zou aan de rand van Enkhuizen en vlakbij woningen komen. Waar ook nog eens plannen zijn voor een nieuw te bouwen wijk. Niet voor niets kwamen honderden omwonenden tegen de mogelijke komst van het geitenbedrijf in verzet. De Partij voor de Dieren stelde vragen aan Provincie Noord-Holland en kwam met een voorstel voor de provincie om de geitenhouderij te stoppen. Dat het inderdaad mogelijk was om de geitenhouderij te stoppen blijkt nu uit de uitspraak van de Raad van State.
Statenlid Kostic van de Partij voor de Dieren: “Het was een ernstige fout van de provincie om niet meteen de groei van de geitenhouderij als intensieve veehouderij te verbieden. Als de provincie eerder naar de Partij voor de Dieren had geluisterd, dan had het iedereen veel geld, tijd en leed kunnen besparen. Het was al een onzinnige situatie. Het bedrijf zou drie keer door de mazen van de regels glippen. De geitenhouder diende zes dagen voordat de geitenstop in december 2018 in ging, nog snel zijn aanvraag voor vergunning in. Daarnaast omzeilde hij de plicht om een milieueffectrapport (m.e.r.) te maken door precies op de drempel van m.e.r-plicht te gaan zitten: maximaal 2.000 geiten. Bovendien heeft de provincie inmiddels geitenhouderij wel als intensieve veehouderij aangemerkt in de Omgevingsverordening, waardoor nieuwe intensieve geitenhouderijen sowieso niet meer zijn toegestaan."
Voorkom problemen in de toekomst
De Partij voor de Dieren wil dit soort problemen in de toekomst voorkomen. Statenlid Kostic: "De provincie moet veel scherper zijn op dit soort bedrijven en investeren in echt gezonde toekomst voor boeren, burgers en dieren. Dat betekent dat ook andere vormen van intensieve veehouderij niet meer zouden mogen groeien. De provincie kan dat regelen, de Partij voor de Dieren heeft dat meerdere malen voorgesteld, maar o.a. GL, PvdA, D66 en VVD hebben dat tot nu toe geweigerd te regelen.”
Uitspraak Raad van State
De Raad van State concludeerde dat de geitenhouderij in strijd is met het bestemmingsplan.
Om aan dat plan te voldoen moest de veehouderij kunnen aantonen dat het om een grondgebonden boerenbedrijf ging. Dat betekent dat hij over voldoende grond moet beschikken voor beweiding, bemesting en teelt van ruwvoer. Aan die eisen kon het bedrijf niet voldoen. Een succesvol einde aan een langslepende kwestie.
Mooi ook is dat de Raad van State benoemt dat aspecten van volksgezondheid een bij de vaststelling van het bestemmingsplan mee te wegen belang is. En ook dat de gemeenteraad dit belang – mits goed gemotiveerd – zwaar mag wegen in de afweging. Dat is ook waar de Partij voor de Dieren meteen op heeft gewezen.
Raad van State:
“Het is aan de raad om te bepalen op welke manier hij de gevolgen voor de gezondheid daarbij betrekt (vergelijk onder meer de uitspraak van 7 oktober 2020, ECLI:NL:RVS:2020:2391). De raad heeft in de toelichting op het plan, onder verwijzing naar de hiervoor genoemde VGO-rapporten, het standpunt ingenomen dat er mogelijk verhoogde gezondheidsrisico’s zijn en dat daarom het voorzorgsbeginsel moet worden gehanteerd. Hij heeft bij de beantwoording van de zienswijze van De Elsenburg in aanvulling daarop ook gewezen op de GGD-richtlijn. Daarmee heeft hij een zwaarder gewicht toegekend aan het belang van omwonenden bij het gevrijwaard blijven van eventuele gezondheidsrisico’s vanwege geitenhouderijen dan aan het belang van De Elsenburg bij de gewenste ontwikkeling. De keuze van de raad om bij gebreke van algemeen aanvaarde wetenschappelijke inzichten over de gezondheidsrisico’s van veehouderijen aan te sluiten bij de hiervoor adviezen en rapporten, is naar het oordeel van de Afdeling voldoende gemotiveerd. Voor dat oordeel is van belang dat rekening is gehouden met de belangen van De Elsenburg. De stelling dat het genoemde GGD-advies geen algemeen aanvaard wetenschappelijk inzicht bevat over een te hanteren afstand tussen een veehouderij (geitenhouderij) en woningen, maakt niet dat de raad deze keuze niet had mogen maken.”
Wij staan voor:
Gerelateerd nieuws
Maak het sikahert niet de zondebok voor menselijk falen
De Partij voor de Dieren is het oneens met het laconieke besluit van de provincie om alle sikaherten in de duinen van Noord...
Lees verderOp Nationale Kraanwaterdag vraagt Partij voor de Dieren extra inzet om waterkwaliteit te beschermen
De Partij voor de Dieren stelt op Nationale Kraanwaterdag vragen aan het college in 16 waterschappen en in vier provincies, w...
Lees verder