Meer­ja­ren­pro­grama Onderhoud Wegen (PMO): ecolo­gische infra­structuur


18 november 2019

Dank u wel voorzitter,

Ondanks de constructieve dialoog en de toezeggingen van de Gedeputeerde om nog op een aantal zaken terug te komen (dank daarvoor nog), voelde ik me tijdens de commissievergadering Mobiliteit en Bereikbaarheid toch geroepen om alvast een motie aan te kondigen bij het agendapunt PMO. Want ik mis iets in de beleidsstukken over mobiliteit en infrastructuur, namelijk de ecologische infrastructuur.

  • In het PMO is gelukkig veel aandacht voor bermbeheer, maar het lijkt erop dat alle door de Provincie beheerde bermen als losse postzegeltjes natuur worden beschouwd;
  • In de begroting is meer budget opgenomen voor ecologisch bermbeheer, maar ook daar is niets te vinden dat duidt op een visie die uitgaat van enige samenhang;
  • In het coalitieakkoord lees ik dat bermbeheer gekoppeld wordt aan biodiversiteit, maar dat gaat ook niet verder dan een term als natuurvriendelijk bermbeheer. Wel wordt er in het kader van een ‘vitaal landelijk gebied’ terloops aandacht besteed aan bloemrijke bermen.

Ook voor waar het betreft het natuurlijk oeverbeheer, constateer ik veel goede wil in eerdergenoemde beleidsdocumenten. U raadt het echter waarschijnlijk al: ook hier mist de Partij voor de Dieren samenhang. De Provincie Noord-Holland verkondigd luid en duidelijk dat versnippering van natuurgebieden dient te worden tegengegaan. Daarnaast lezen wij dat biodiversiteit versterkt moet worden. Dit zijn niet toevalligerwijs de ambities die ten grondslag liggen aan het Natuurnetwerk Nederland (NNN). Het blijkt echter verdraaid lastig om op het schaalniveau van de NNN spijkers met koppen te slaan. Maar natuur en biodiversiteit zijn ook buiten dit netwerk te vinden. Daarom lijkt het een logische gedachte om juist op het schaalniveau van bermen en oevers op zoek te gaan naar een meer netwerk-achtige benadering. Deze benadering zal uit moeten gaan van de volgende pijlers:

A. Aandacht voor ecologisch maai- én zaaibeleid;

B. Samenhang tussen de diverse bermen en oevers, omdat deze vaak in elkaars fysieke nabijheid liggen;

C. Onderzoek naar de mogelijkheid om tot een zoveel mogelijk aansluitend netwerk van natuurvriendelijke bermen en natuurlijke oevers te komen.

Daarom dien ik (samen met de SP en PvdA) deze motie in met het volgende dictum:

verzoeken het college van GS:

om een integrale visie op het beheer van wegbermen en oevers op te stellen, bevattende zowel maai- als zaaibeleid, en deze in de aanbestedingen voor de gebiedscontracten mee te nemen;

Voorzitter,

Projecten uit het PMI en PMO hebben veelal een behoorlijke ruimtelijke impact.

En ik begrijp dat ‘aan de voorkant van een project’ niet in exacte aantallen bekend is hoeveel bomen er gekapt moeten gaan worden. Ik begrijp echter niet dat er om die reden geen inventarisatie wordt gemaakt van het ONGEVEER TE VERWACHTEN aantal bomen dat gaat sneuvelen. Men zou dit als het gemis van een ecologische raming kunnen zien.

We kunnen momenteel bij dit soort projecten dus:

  1. met z’n allen alleen maar afwachten of er achteraf blijkt dat er gekapt is, en wat de schade is gebleken. En dat terwijl er van tevoren geen realistische schatting is gemaakt?
  2. nooit vooraf inzichtelijk krijgen wat de consequenties voor natuur, milieu en biodiversiteit zijn bij herinrichtings- en/of onderhoudsprojecten aan provinciale wegen?
  3. geen gegronde, afgewogen besluitvorming kunnen garanderen over deze projecten?
  4. niet vast kunnen stellen of er zorgvuldigheid in acht is genomen met betrekking tot het aantal te kappen bomen?

Daarom dien ik ook deze motie (samen met de SP) in, met het volgende dictum:

verzoeken het college van GS:

om bij alle herinrichtings- en onderhoudsprojecten aan provinciale wegen, van tevoren een inventarisatie op te laten stellen van het aantal en het soort van de vermoedelijk te kappen bomen;

Voorzitter,

Mevrouw Alberts heeft zojuist al het belang van het opnemen van de N200 tussen Overveen en Zandvoort in het Provinciaal Meerjarenprogramma Infrastructuur (PMI) geschetst. Gezien spreektijd zal ik haar betoog niet herhalen, en dien ik meteen de al aangekondigde motie aan.

Het dictum van deze motie (mede ingediend door D66, GroenLinks, SP en PvdA) luidt:

verzoeken het college van GS:

• de maximumsnelheid op de N200, op het traject tussen de bebouwde kommen van Overveen en Zandvoort, overal gelijk te stellen op 60 km/uur;

• in afwachting van groot onderhoud tijdelijke maatregelen te nemen om dit traject van de N200 een inrichting te geven die past bij een maximumsnelheid van 60 km/uur;

en gaan over tot de orde van de dag.

Dank u wel en excuses voor de haast.