Bijdrage Agenda Slimme en Schone Logistiek


Zonder natuur, gezondheid en milieu staat alles stil

4 april 2022

Vandaag besluiten we over de Agenda Slimme en Schone Logistiek. Het is een belangrijk stuk, dat de provinciale inzet tot 2030 schetst.

De Partij voor de Dieren heeft bij de eerdere versie enkele groene wijzigingen voorgesteld. We zien dat die deels verwerkt zijn en waarderen dat. Zo wordt voor het eerst in de geschiedenis van de provincie erkend dat er grenzen aan de groei zijn.

Tegelijkertijd blijft het onduidelijk wat de grenzen zijn voor de ontwikkeling van de logistiek en hoe leefomgeving, gezondheid en natuur worden beschermd.

Op p.21 worden voor 2030 namelijk letterlijk garanties gegeven voor milieuruimte voor de logistieke sector. Dat is vreemd, aangezien GS in andere gevallen (gezondheid, milieu, etc.) altijd zegt dat ze alleen hun best kunnen doen, maar geen garanties kunnen geven. Wij zien dan liever consequent beleid, waarin ook garanties voor natuur en leefomgeving worden gegeven.

De Agenda zegt wel dat in 2030 'knelpunten (biodiversiteit, luchtkwaliteit, etc.) worden opgelost', maar het is onduidelijk wat dit inhoudt. Hoe, wanneer en welke knelpunten die p.21 noemt gaan we oplossen en hoe verhoudt zich dat tot de ruimte die de logistiek krijgt? Is GS bereid toe te zeggen dat PS daarover uiterlijk eind dit jaar over wordt geïnformeerd? Anders hebben we een amendement achter de hand voor de tweede termijn.

De Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur concludeerde afgelopen week dat de staat van de Nederlandse natuur "ronduit slecht" is. Volgens de Raad moet in besluitvorming het belang van natuur nadrukkelijker worden meegewogen en daarbij moet breder worden gekeken dan alleen natuurgebieden. We hebben meerdere crises op elkaar gestapeld en de urgentie is groot. Nu kunnen we niet meer wegkomen met alleen woorden als ‘balans’. We moeten die balans stevig verankeren door beide zijdes in samenhang te beschouwen, niet als van elkaar losstaande feiten.

Daarom is p.26 van de Agenda belangrijk. Daar worden voorwaarden genoemd die nodig zijn om te komen tot de provinciale ambitie van een ontwikkeling van het goederenvervoer ‘in balans’ met de fysieke leefomgeving. Er wordt verwezen naar de Omgevingsverordening, waarin de provincie van plan is de belangen van transport en logistiek te borgen. Maar de voorwaarden die o.a. gezondheid en natuur beschermen worden hier niet geborgd.

Daarom dienen we samen met SP en GL de Motie Duidelijke groene grenzen aan ontwikkeling transport en logistiek in:

roepen GS op om:

  • bij de uitwerking van de Agenda ook te onderzoeken hoe de belangen van een gezond leefklimaat, de natuur en de klimaatopgave in de Omgevingsverordening kunnen worden geborgd, om te komen tot de provinciale ambitie van een ontwikkeling van het goederenvervoer in balans met de fysieke leefomgeving;
  • daarover zo snel mogelijk aan PS te rapporteren;

en gaan over tot de orde van de dag.

Met die toevoeging verwijzen we naar opgaven waar ook GS elders in de Agenda globaal naar verwijst.

Voorzitter, ten slotte.

GS erkent na ons verzoek de wetenschappelijk inzichten die aangeven dat sommige biobrandstoffen ongewenst zijn. Dat is fijn, maar daar moeten we ook concreet gevolg aan geven. Binnen provinciale mogelijkheden uiteraard. Welke biobrandstoffen schadelijk zijn voor natuur en milieu kunnen ambtenaren baseren op wetenschappelijk onderzoek. Zo stelde de Sociaal Economische Raad dat biobrandstoffen uit voedsel-en voedselgewassen ongewenst zijn. Het gebruik van die conventionele biobrandstoffen neemt schaarse natuur- en landbouwgrond in beslag en verhoogt voedselprijzen ten kosten van meest kwetsbaren. Ter illustratie: herbebossen van 1 hectare grond levert meer CO2 reductie dan 1 hectare teelt voor biobrandstoffen.

Daarom dienen we samen met SP en GL de motie “Afstand doen van schadelijke biobrandstoffen” in:

roepen GS op om:

  • bij de uitvoering van de Agenda Slimme en Schone Logistiek (binnen de provinciale mogelijkheden) niet actief in te zetten op het stimuleren en subsidiëren van biobrandstoffen die volgens wetenschappelijke inzichten schadelijker zijn dan, of even schadelijk zijn als, fossiele brandstoffen;
  • in verschillende relevante overlegstructuren het standpunt in te brengen dat de provincie het verder investeren in zulke biobrandstoffen onwenselijk vindt;

en gaan over tot de orde van de dag.


Voorzitter, om af te sluiten.

Natuurlijk hoort goederenvervoer en logistiek in onze provincie, maar we moeten ook durven nadenken wát en over welke afstanden we actief willen verwelkomen. Grote schepen vol met veevoersoja uit Zuid-Amerika waarvoor ontbost wordt, de gifbloemen en kuikentjes die vanaf Schiphol de hele wereld overvliegen. Over dit soort transport wordt in de Agenda alleen in termen van zogenaamde toegevoegde waarde voor de economie gesproken, maar geen enkele kanttekening geplaatst over de schade die ze hier en elders toebrengen. Ook hier lijkt de balans vooral gericht op een status quo.

Onze fractie wil deze gedeputeerde het voordeel van de twijfel geven.

Maar ook voor de volgende periode willen we voorkomen dat het blijft bij harde garanties voor commerciële partijen, maar slechts bij mooie woorden over de bescherming van onze leefomgeving.

Zonder transport staat alles stil, zei de VVD net. Maar zonder natuur, gezondheid en milieu staat alles pas echt stil, ook de transport. Natuur, gezondheid en milieu zijn een ‘must have’, geen ‘nice to have’. Beste collega’s, laten we daar vandaag ook naar handelen.