Vragen over vergun­ning­plicht bij gebruik land­bouwgif nabij Natura 2000-gebieden


Indiendatum: 28 jun. 2021

Inleiding

Door een uitspraak[1] van de rechtbank Noord-Nederland is de inzet van landbouwgif in de omgeving van Natura 2000-gebieden niet meer toegestaan zonder vergunning Wet natuurbescherming (Wnb). Deze uitspraak heeft grote gevolgen voor de landbouw en alle teelten die een negatieve invloed kunnen hebben op een Natura 2000-gebied. Alleen voor lang bestaande teelten kan een uitzondering bestaan.[2] [3]

De afdeling Westerveld van Milieudefensie had de provincie Drenthe gevraagd om handhaving toen telers zonder vergunning Wet natuurbescherming een stuk land inrichtten voor lelieteelt. Bij deze teelt wordt veel landbouwgif gebruikt. Het stuk land ligt in de onmiddellijke nabijheid van het Natura 2000-gebied Holtingerveld.

Gedeputeerde Staten van Drenthe weigerde te gaan handhaven. Met onder meer als argument dat het bedrijf al vóór 7 december 2004 lelies teelde, de datum waarop de verplichtingen van de Habitatrichtlijn van toepassing werden op de toen aangewezen Natura 2000-gebieden. Hierom zou voor het gebruik van landbouwgif geen passende beoordeling nodig zijn of vergunningplicht zijn.

De rechter concludeert dat de lelieteelt wel degelijk Wnb-vergunningplichtig is.
Van toepassing is immers artikel 2.7, lid 2 Wnb. Deze verbiedt het zonder vergunning van Gedeputeerde Staten een project, als lelieteelt, te realiseren dat (..) significante gevolgen kan hebben voor een Natura 2000-gebied. De rechter merkt zelfs op dat het handhavingsverzoek niet alleen betrekking heeft op de nieuw in te richten percelen, maar op de gehele lelieteelt in de onmiddellijke nabijheid van het Holtingerveld.

Over het tijdstip december 2004 oordeelt de rechter dat de teelt van het betreffende bedrijf significant is uitgebreid, van 1 hectare naar 100 hectare en nog steeds aan het uitbreiden is. Alleen daarom al is het project niet aan te merken als ‘één en hetzelfde project waarvoor geen nieuwe toestemmingsprocedure behoeft te worden doorlopen.’ (zie overweging 3.4.1).

Uit onderzoek in Westerveld blijkt dat restanten van landbouwgif zowel bij omwonenden die dicht bij de bespoten bollenvelden wonen, als ook bij deelnemers uit de controlegroep die verder dan 500 meter van een agrarisch veld woonachtig zijn, zijn aangetroffen. De Vereniging Meten = Weten en Natuurmonumenten hebben inmiddels in een rapport de aanwezigheid van landbouwgif in natuurgebieden aangetoond.[4] [5]

Impact
Deze uitspraak heeft grote gevolgen voor de landbouw en alle teelten die een negatieve invloed kunnen hebben op een Natura 2000-gebied. Denk aan akkerbouw, bollenteelt langs de duinen, weilanden waar gif gebruikt wordt en maisakkers voor veevoer in of in de nabijheid –in ieder geval tot 500 meter – van een Natura 2000-gebied. Alleen voor lang bestaande teelten die voldoen aan alle uitzonderingscriteria kan een uitzondering bestaan.

In een eerdere situatie heeft het IPO al een Delta Aanpak waterkwaliteit gepresenteerd.[6] Daarin wordt gewaarschuwd dat afbraakproducten van landbouwgif, wellicht qua toelating niet meer humaan-toxicologisch relevant zijn, maar wel ecologisch relevant is.

Vragen

  1. Deze rechterlijke uitspraak heeft als consequentie dat de provincie aan de slag moet gaan met vergunningstrajecten en handhaving bij bedrijven die gif gebruiken en in en in de nabijheid van Natura 2000-gebieden liggen. Hoe beoordeelt u deze uitspraak?
  2. Deelt u de zorg dat het enorme gifgebruik in de reguliere landbouw schadelijk is voor de natuur, nog los van schade aan gezondheid van mensen als risico op Parkinson en kanker?
  3. Hoe oordeelt u erover dat opnieuw een maatschappelijke organisatie bij de rechter moet afdwingen dat een overheid haar taken gaat uitvoeren, vergelijk Urgenda/klimaat, Milieudefensie/Shell, MOB/stikstof?
  4. Gaat u als eerste stap met spoed een brief sturen aan landbouwbedrijven in en rondom Natura 2000-gebieden die mogelijk landbouwgif gebruiken, met als doel om hen een aanvraag Wnb-vergunning te laten indienen?
  5. Deze rechterlijke uitspraak houdt tevens in dat lozing van gif uit een bollenveld of akker naar de sloot, in of nabij een Natura 2000-gebied, ook Wnb-vergunningplichtig is. Op welke manier gaat u grondwater en oppervlaktewater beter beschermen?
  6. Jurist Anne de Vries, gespecialiseerd in pesticidenrecht bij de Universiteit van Tilburg zegt: ‘Er was volgens de provincies geen toetsmoment. Deze uitspraak betekent dat die redenering niet opgaat.’ En ‘Deze uitspraak is in lijn met de jurisprudentie van het Europese Hof van Justitie. Wat het Hof heeft gezegd, is dat je bij elk project dat een impact kan hebben op beschermde natuur, moet kijken of dat landbouwproject wel veilig kan. Wat dat betreft is dit geen heel verrassende uitspraak van de rechter.’? [7] Hoe oordeelt u hierover?
  7. Het is moeilijk wetenschappelijk vast te stellen dat dat het gebruik van gif geen bijdrage levert aan de aantasting van de Europees beschermde natuurgebieden. Zonder die zekerheid mag de provincie geen vergunning verlenen. Hoe gaat de provincie hiermee om bij de vergunningverlening?
  8. Is ambitieniveau 3 van natuurinclusieve landbouw (Louis Bolk Instituut) en duurzaamheid een onderbouwing voor een Wnb-vergunning, of het zelfs niet hoeven aanvragen van deze vergunning omdat een teeltwijze wordt gekozen waarbij geen gif wordt gebruikt?
  9. Een bedrijf als bollenbedrijf Huiberts[8] laat immers zien dat de transitie prima is te maken. Op welke wijze draagt de provincie bij aan omschakeling van akkerbouwers en bollentelers naar natuurinclusief en / of biologisch, en waarom heeft dat tot op heden nog weinig succes gehad?
  10. Gaat u PS actief informeren over uw verdere aanpak in dezen, inclusief een tijdpad?


[1] ECLI:NL:RBNNE:2021:2483, Rechtbank Noord-Nederland, LEE 19/1028 (rechtspraak.nl)

[2] Rechter: inzet bestrijdingsmiddelen zonder vergunning Wet natuurbescherming voortaan taboe — Milieudefensie

[3] Uitspraak rechtbank Noord-Nederland heeft mogelijk grote gevolgen voor gebruik pesticiden nabij natuurgebieden | De Volkskrant

[4] 13b638_8af9678e16f545e88f8ea913845c3a45.pdf (usrfiles.com) Rapport “Onderzoek naar de aanwezigheid van bestrijdingsmiddelen in vier Natura 2000-gebieden in Drenthe en de mogelijke invloed van de afstand van natuurgebieden tot landbouwgebieden op de belasting met bestrijdingsmiddelen

[5] Drentse bewoners onderzoeken landbouwgif in bodem en water en vinden 57 middelen - Zembla - BNNVARA

[6] https://www.ipo.nl/media/luhf40w5/ipo_position_paper_delta-aanpak-waterkwaliteit.pdf

[7] Uitspraak rechtbank Noord-Nederland heeft mogelijk grote gevolgen voor gebruik pesticiden nabij natuurgebieden | De Volkskrant

[8] Home - huibertsbloembollen.nl

Indiendatum: 28 jun. 2021
Antwoorddatum: 21 sep. 2021

iBabsOnline Overzicht details - PNH


Inleiding vragen

Door een uitspraak[1] van de rechtbank Noord-Nederland is de inzet van landbouwgif in de omgeving van Natura 2000-gebieden niet meer toegestaan zonder vergunning Wet natuurbescherming (Wnb). Deze uitspraak heeft grote gevolgen voor de landbouw en alle teelten die een negatieve invloed kunnen hebben op een Natura 2000-gebied. Alleen voor lang bestaande teelten kan een uitzondering bestaan.[2] [3]

De afdeling Westerveld van Milieudefensie had de provincie Drenthe gevraagd om handhaving toen telers zonder vergunning Wet natuurbescherming een stuk land inrichtten voor lelieteelt. Bij deze teelt wordt veel landbouwgif gebruikt. Het stuk land ligt in de onmiddellijke nabijheid van het Natura 2000-gebied Holtingerveld.

Gedeputeerde Staten van Drenthe weigerde te gaan handhaven. Met onder meer als argument dat het bedrijf al vóór 7 december 2004 lelies teelde, de datum waarop de verplichtingen van de Habitatrichtlijn van toepassing werden op de toen aangewezen Natura 2000-gebieden. Hierom zou voor het gebruik van landbouwgif geen passende beoordeling nodig zijn of vergunningplicht zijn.

De rechter concludeert dat de lelieteelt wel degelijk Wnb-vergunningplichtig is.
Van toepassing is immers artikel 2.7, lid 2 Wnb. Deze verbiedt het zonder vergunning van Gedeputeerde Staten een project, als lelieteelt, te realiseren dat (..) significante gevolgen kan hebben voor een Natura 2000-gebied. De rechter merkt zelfs op dat het handhavingsverzoek niet alleen betrekking heeft op de nieuw in te richten percelen, maar op de gehele lelieteelt in de onmiddellijke nabijheid van het Holtingerveld.

Over het tijdstip december 2004 oordeelt de rechter dat de teelt van het betreffende bedrijf significant is uitgebreid, van 1 hectare naar 100 hectare en nog steeds aan het uitbreiden is. Alleen daarom al is het project niet aan te merken als ‘één en hetzelfde project waarvoor geen nieuwe toestemmingsprocedure behoeft te worden doorlopen.’ (zie overweging 3.4.1).

Uit onderzoek in Westerveld blijkt dat restanten van landbouwgif zowel bij omwonenden die dicht bij de bespoten bollenvelden wonen, als ook bij deelnemers uit de controlegroep die verder dan 500 meter van een agrarisch veld woonachtig zijn, zijn aangetroffen. De Vereniging Meten = Weten en Natuurmonumenten hebben inmiddels in een rapport de aanwezigheid van landbouwgif in natuurgebieden aangetoond.[4] [5]

Impact
Deze uitspraak heeft grote gevolgen voor de landbouw en alle teelten die een negatieve invloed kunnen hebben op een Natura 2000-gebied. Denk aan akkerbouw, bollenteelt langs de duinen, weilanden waar gif gebruikt wordt en maisakkers voor veevoer in of in de nabijheid –in ieder geval tot 500 meter – van een Natura 2000-gebied. Alleen voor lang bestaande teelten die voldoen aan alle uitzonderingscriteria kan een uitzondering bestaan.

In een eerdere situatie heeft het IPO al een Delta Aanpak waterkwaliteit gepresenteerd.[6] Daarin wordt gewaarschuwd dat afbraakproducten van landbouwgif, wellicht qua toelating niet meer humaan-toxicologisch relevant zijn, maar wel ecologisch relevant is.

Inleiding antwoorden GS

De vragen van GL (72-2021) en de vragen van PvdD (73-2021) hebben dezelfde aanleiding, namelijk de rechterlijke uitspraak uit Drenthe en worden om die reden gelijktijdig beantwoord. De inleiding bij de antwoorden op zowel vragen 72-2021 als 73-2021 is gelijk.
De vragen betreffen één zaak in Drenthe waarover in hoger beroep nog geen uitspraken zijn gedaan. Om die reden is het op dit moment onmogelijk om gevolgen exact in beeld te brengen.
Desalniettemin zullen we graag de gestelde vragen beantwoorden en lichten we daarmee toe hoe we binnen onze bevoegdheden en verantwoordelijkheden deze zaak nauwlettend blijven volgen.
In deze vragen speelt zowel de wet- en regelgeving op het gebied van milieu als van natuur. De wet- en regelgeving over milieu is over het algemeen geregeld op nationaal en internationaal niveau en ontstijgt het domein van de provincie. De wet- en regelgeving over de bescherming van de natuur in specifieke gebieden valt grotendeels binnen het domein van de provincie, via de Natura 2000-kaders zoals vastgelegd in de Wet natuurbescherming.
Relevante regels voor de opslag en toepassing en het voorkomen van afstroming van gewasbeschermingsmiddelen komen voort uit de volgende regelingen:

1) De Europese Commissie heeft in de Verordening Gewasbescherming regels en criteria vastgelegd voor zowel gewasbeschermingsmiddelen als de werkzame stoffen daarin.
2) Gebruiksvoorschriften zijn gekoppeld aan de toelating van gewasbeschermingsmiddelen zoals bepaald door het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) en vastgelegd in de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden. De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) ziet hierop toe.
3) Regels vanuit emissiebeperking zoals opgenomen in het Activiteitenbesluit. De waterschappen zorgen voor toezicht en handhaving van lozingen/emissie naar oppervlaktewater en de Omgevingsdiensten doen dit richting de lucht en bodem.

De bescherming van de waarden in de Natura 2000-gebieden wordt uitgewerkt in de beheerplannen en indien het nieuwe activiteiten betreft in aparte vergunningverleningstrajecten.
Zowel de activiteiten die zijn opgenomen in de beheerplannen als ook de nieuwe activiteiten worden getoetst op hun effect op de doelstellingen. Alleen indien de doelen niet in het geding komen zijn activiteiten opgenomen of vergund, zo nodig met extra eisen. In de beheerplannen is ervan uitgegaan dat het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in de omgeving van de gebieden onderdeel is van het bestaand gebruik, en voldoet aan de gestelde eisen.

Naast het handhaven van de bestaande wet- en regelgeving zijn er bovenwettelijke maatregelen opgenomen in beleid. Onze inzet beoogt te stimuleren om het gebruik en de uitstoot van gewasbeschermingsmiddelen te verminderen. Dit doen wij samen met Rijk, provincies en waterschappen en de landbouwsector. Daarbij stimuleren we innovaties in de ontwikkeling van
meer weerbare gewassen, teeltsystemen, smart farming en agrarisch bodemgebruik. Dit doen wij onder andere via de Greenports, de uitvoering van de voedselvisie en samenwerking met partners.
Een voorbeeld is het project Next Level Sierteelt van de Amsterdam Green Campus. Dit project hebben wij landelijk geagendeerd via de transitietafel Gezonde Planten van Greenports Nederland en is gericht op het via nieuwe veredelingstechnieken weerbaarder maken van sierteelt gewassen.
En als één van de initiatiefnemers van het Landbouwportaal stimuleren wij investeringen in coaching en maatregelen om bodemkwaliteit, waterkwaliteit en biodiversiteit te versterken. In het Landelijk milieuoverleg bloembollen werken de sector en de waterschappen onder andere samen aan de verduurzaming van de bollenteelt. Een doelstelling is om het gebruik van
gewasbeschermingsmiddelen af te bouwen.

Vragen en beantwoording

Vraag 1:
Deze rechterlijke uitspraak heeft als consequentie dat de provincie aan de slag moet gaan met vergunningstrajecten en handhaving bij bedrijven die gif gebruiken en in en in de nabijheid van Natura 2000-gebieden liggen. Hoe beoordeelt u deze uitspraak?

Antwoord 1:
Wij voorzien geen aanvullende vergunningplicht voor bestaand gebruik. In de Drentse zaak is de beoordeling van een activiteit in de nabijheid van een Natura 2000 gebied door de rechter beoordeeld. Er is tegen deze uitspraak hoger beroep ingesteld door de provincie Drenthe met ondersteuning van het Rijk. We zullen deze rechtsgang uiteraard volgen, zo nodig samen met
(juridisch) deskundigen.

Vraag 2:
Deelt u de zorg dat het enorme gifgebruik in de reguliere landbouw schadelijk is voor de natuur, nog los van schade aan gezondheid van mensen als risico op Parkinson en kanker?

Antwoord 2:
Nee. Wij gaan er in ons beleid van uit dat de impact op de natuur en gezondheid beoordeeld en acceptabel is indien gebruik gemaakt wordt van toegestane middelen en technieken. Deze toetsing is onderdeel van het toelatingsbeleid van het College voor de toetsing van
gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb). Indien nieuwe kennis beschikbaar komt werkt dit door in het toelatingsbeleid, uitgevoerd door het Ctgb.

Vraag 3:
Hoe oordeelt u erover dat opnieuw een maatschappelijke organisatie bij de rechter moet afdwingen dat een overheid haar taken gaat uitvoeren, vergelijk Urgenda/klimaat, Milieudefensie/Shell, MOB/stikstof?

Antwoord 3:
De overheid maakt beleid als uitkomst van democratisch geborgde politiek-bestuurlijke besluitvormingsprocessen. Daarin worden meerdere maatschappelijke belangen gewogen binnen de (inter)nationaal wetgevende kaders en met de best beschikbare kennis. Maatschappelijke organisaties in Nederland kunnen zaken voorleggen bij de rechter als gevolg van de ruimte die daarvoor in wet- en regelgeving is gecreëerd. We zien dat organisaties gebruik maken van deze ruimte en dat de jurisprudentie die dit oplevert wordt meegewogen in de uitvoering en aanpassing van beleid. Wij concluderen hieruit dat het democratisch systeem zoals we dat in ons land kennen,
met een scheiding der machten, goed functioneert.

Vraag 4:
Gaat u als eerste stap met spoed een brief sturen aan landbouwbedrijven in en rondom Natura 2000-gebieden die mogelijk landbouwgif gebruiken, met als doel om hen een aanvraag Wnb-vergunning te laten indienen?

Antwoord 4:
Nee. We wachten de rechtsgang in Drenthe af.

Vraag 5:
Deze rechterlijke uitspraak houdt tevens in dat lozing van gif uit een bollenveld of akker naar de sloot, in of nabij een Natura 2000-gebied, ook Wnb-vergunningplichtig is. Op welke manier gaat u grondwater en oppervlaktewater beter beschermen?

Antwoord 5:
De toelating en gebruik van gewasbeschermingsmiddelen zijn geregeld in de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Wgb). De provincie heeft in de omgevingsverordening beschermingsgebieden voor grond- en drinkwater aangewezen en regels gesteld aan activiteiten in die gebieden. De zorg voor de kwaliteit van het oppervlaktewater is belegd bij de waterschappen.
De gang van zaken onder de Wet natuurbescherming is beschreven onder antwoord 1.

Vraag 6:
Jurist Anne de Vries, gespecialiseerd in pesticidenrecht bij de Universiteit van Tilburg zegt: ‘Er was volgens de provincies geen toetsmoment. Deze uitspraak betekent dat die redenering niet opgaat.’ En ‘Deze uitspraak is in lijn met de jurisprudentie van het Europese Hof van Justitie. Wat het Hof heeft gezegd, is dat je bij elk project dat een impact kan hebben op beschermde natuur, moet kijken of dat landbouwproject wel veilig kan. Wat dat betreft is dit geen heel verrassende uitspraak van de rechter.’? [7] Hoe oordeelt u hierover?

Antwoord 6:
De Wet natuurbescherming is het kader waarbinnen we de impact van activiteiten op beschermde natuur in de Natura 2000 gebieden toetsen. Voor het overige zullen we de uitspraak in hoger beroep nauwlettend volgen. Bij relevante ontwikkelingen in deze zaak zullen we hierover het gesprek aangaan.

Vraag 7:
Het is moeilijk wetenschappelijk vast te stellen dat dat het gebruik van gif geen bijdrage levert aan de aantasting van de Europees beschermde natuurgebieden. Zonder die zekerheid mag de provincie geen vergunning verlenen. Hoe gaat de provincie hiermee om bij de vergunningverlening?

Antwoord 7:
In de land- en tuinbouw wordt gewerkt volgens de geldende regelgeving met betrekking tot het gebruik van middelen en technieken, zoals het toelatingsbeleid van het Ctgb. In de beheerplannen zijn hieraan geen andere eisen gesteld, omdat ervan is uitgegaan dat toegestane middelen de
Natura 2000-doelen niet schaden. Zie verder het antwoord op vraag 6 van deze beantwoording.

Vraag 8:
Is ambitieniveau 3 van natuurinclusieve landbouw (Louis Bolk Instituut) en duurzaamheid een onderbouwing voor een Wnb-vergunning, of het zelfs niet hoeven aanvragen van deze vergunning omdat een teeltwijze wordt gekozen waarbij geen gif wordt gebruikt?

Antwoord 8:
Nee. Op dit moment is ‘ambitieniveau 3’ geen onderdeel van wet- en regelgeving over het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen of de Natura 2000-gebieden.

Vraag 9:
Een bedrijf als bollenbedrijf Huiberts[8] laat immers zien dat de transitie prima is te maken. Op welke wijze draagt de provincie bij aan omschakeling van akkerbouwers en bollentelers naar natuurinclusief en / of biologisch, en waarom heeft dat tot op heden nog weinig succes gehad?

Antwoord 9:
Het bedrijf van Huiberts is een inspirerend voorbeeld en wij stimuleren met verschillende bedrijven de overgang naar teeltsystemen waarin minder of geen gewasbeschermingsmiddelen worden gebruikt. Dat deden we met het programma natuurinclusieve landbouw en momenteel met haar opvolger de Voedselvisie, co-financiering van POP3 investeringen en projecten, de Greenports (projecten, kennisdeling), het Landbouwportaal, agrarisch natuurbeheer en onze inzet voor het nieuwe Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB-NSP). In de praktijk blijkt omschakeling complex
en bedrijfsmatig risicovol, zoals we zien in alle grote systeemveranderingen. Wij helpen deze transitie op alle manieren die in ons bereik liggen, waarbij van belang is dat we ons realiseren dat we ook afhankelijk zijn van de andere onderdelen van het systeem, bijvoorbeeld consumentengedrag en ontwikkelingen in het buitenland.

Vraag 10:
Gaat u PS actief informeren over uw verdere aanpak in dezen, inclusief een tijdpad?

Antwoord 10:
We wachten nu eerst de rechtsgang af. Zodra hiertoe aanleiding is zullen wij uw Staten nader informeren. Een tijdpad van de verdere rechtsgang is ons niet bekend.

[1] ECLI:NL:RBNNE:2021:2483, Rechtbank Noord-Nederland, LEE 19/1028 (rechtspraak.nl)

[2] Rechter: inzet bestrijdingsmiddelen zonder vergunning Wet natuurbescherming voortaan taboe — Milieudefensie

[3] Uitspraak rechtbank Noord-Nederland heeft mogelijk grote gevolgen voor gebruik pesticiden nabij natuurgebieden | De Volkskrant

[4] 13b638_8af9678e16f545e88f8ea913845c3a45.pdf (usrfiles.com) Rapport “Onderzoek naar de aanwezigheid van bestrijdingsmiddelen in vier Natura 2000-gebieden in Drenthe en de mogelijke invloed van de afstand van natuurgebieden tot landbouwgebieden op de belasting met bestrijdingsmiddelen

[5] Drentse bewoners onderzoeken landbouwgif in bodem en water en vinden 57 middelen - Zembla - BNNVARA

[6] https://www.ipo.nl/media/luhf40w5/ipo_position_paper_delta-aanpak-waterkwaliteit.pdf

[7] Uitspraak rechtbank Noord-Nederland heeft mogelijk grote gevolgen voor gebruik pesticiden nabij natuurgebieden | De Volkskrant

[8] Home - huibertsbloembollen.nl