Amen­dement Dier­vrien­de­lijke opties sluiting kring­lopen meenemen


Voed­sel­visie 2020-2030

1 februari 2021

Provinciale staten van Noord-Holland in vergadering bijeen op maandag 1 februari 2021, ter behandeling van de Voedselvisie 2020-2030,

besluiten om besluit 1 van het ontwerpbesluit als volgt te wijzigen:

1. De Voedselvisie 2020-2030 vast te stellen, met inachtneming van de volgende wijzigingen:

  • Onder Overige definities (p. 29) na de zin:

    Het efficiënt produceren van voedsel in kringlopen, zodat schade aan het ecosysteem (water, bodem, lucht) voorkomen en hersteld wordt. Kringlopen van grondstoffen en hulpbronnen zijn op een zo laag mogelijk – lokaal, nationaal of internationaal – schaalniveau gesloten.

    toe te voegen:

    Daarbij wordt rekening gehouden met dierenwelzijn.

Toelichting

Er zijn meerdere manieren om kringlopen voor de kringlooplandbouw te sluiten en helaas zijn ze niet allemaal even goed voor dierenwelzijn. Het is niet de bedoeling dat we een systeem opbouwen waarin we afhankelijk worden van in stand houden van suboptimale dierenwelzijn (lock in effect). Het uitgangspunt binnen de kringlooplandbouw zou moeten zijn dat we kringlopen sluiten met het best mogelijke resultaat voor dierenwelzijn en milieu.

Al in 2001/2002 werd de nu nog belangrijke nota Dierenwelzijn opgesteld, waarin dierenwelzijn gedefinieerd werd. In deze nota is bepaald dat in 2012, maar uiterlijk in 2022, het perspectief van het dier leidend zal zijn in de veehouderij. Dat wil zeggen dat het veehouderij is aangepast aan het dier en niet het dier aan de veehouderij en dat dieren naar hun natuurlijke soorteigen gedrag kunnen leven in de veehouderij. Het uitgangspunt dat het dier leidend moet zijn is inmiddels erkend door partijen die nu in totaal een meerderheid van 85 zetels in de Tweede Kamer hebben.

Landelijk is in 2019 ook een motie aangenomen om bij de kringlooplandbouw concrete voorwaarde te stellen voor dierenwelzijn, waarbij het perspectief van het dier leidend moet zijn.

Dit amendement is dus in lijn met landelijke ontwikkelingen en de aandacht die de maatschappij vraagt voor dierenwelzijn.

Ines Kostić, Partij voor de Dieren

1 https://www.natuurenmilieu.nl/...

2 https://www.parlementairemonit... ; “Een goed welzijn begint met een goede gezondheid. Maar met fysieke gezondheid alleen komt het dierenwelzijn onvoldoende tot zijn recht. Een goed dierenwelzijn omvat zowel het fysieke als niet-fysieke welzijn van dieren. Door de commissie Brambell (1965) zijn een vijftal vrijheden voor het dier geformuleerd. Deze vrijheden dienen als basis voor het beleid op het terrein van dierenwelzijn, en liggen ten grondslag aan het door de Landbouwraad aangenomen wettelijk kader voor het dierenwelzijn. Deze lijst luidt als volgt. Dieren zijn vrij: 1.van dorst, honger en onjuiste voeding, 2. van fysiek en fysiologisch ongerief, 3. van pijn, verwondingen en ziektes, 4. van angst en chronische stress, 5. om hun natuurlijke (soorteigen) gedrag te vertonen. Deze vrijheden gezamenlijk zijn bepalend voor het welzijn van de dieren. “


Status

Aangenomen

Voor

CU, D66, Denk, GroenLinks, PvdD, SP

Tegen

CDA, JA21, PvdA, PVV, VVD, FvD