Vragen over Visserij Ontwikkelplan
GroenLinks, PvdD
Indiendatum: 13 mei 2024
INLEIDING VRAGEN
Bij de stukken van de commissie vergadering Landelijk gebied van 15 april 2024 zat het Visserij Ontwikkelplan. De provincie participeert in dit plan. GroenLinks en Partij voor de Dieren hebben vragen over dit stuk:
VRAGEN
Vraag 1:
Er wordt gesteld dat er op moment geen financiële vraag bij de provincie is neergelegd. In het stuk is echter wel sprake van regionale cofinanciering. Hoe zit dit in elkaar? Is er sprake van cofinanciering vanuit andere organisaties/overheden in Noord-Holland voor de projecten in Noord-Holland? Hoe is daar dan de eventuele regie op?
Vraag 2:
A. Er wordt gesteld dat bij eventuele mede-financiering er gekeken wordt naar het Waddenfonds. De vier doelstellingen van het Waddenfonds zijn het versterken van landschap en natuur, het wegnemen van externe bedreigingen, duurzame economische ontwikkeling op de Waddenzee/energietransitie en ontwikkelen kennis. Als het gaat om een bijdrage vanuit het Waddenfonds aan het VOP, hoe worden de verschillende doelstellingen dan gewogen?
B. Is het college het ermee eens dat duurzame visserij niet per definitie gelijk staat aan het ontwikkelen van een duurzame economie van de Waddenzee?
C. In hoeverre is het college van plan bij eventuele mede-financiering de op 30 mei 2023 aangenomen motie Een impuls voor het Waddengebied [1] mee te laten wegen in de afweging om zo de vier doelstellingen van het Waddenfonds tot hun recht te laten komen?
Vraag 3:
D. In het VOP op pagina 42 staat “Dit UNESCO werelderfgoed moet dus ook opengesteld blijven worden voor duurzame visserij, passend bij het ecologisch draagvlak van het gebied.” Is onderzocht wat dat ecologisch draagvlak is en wat dit betekent voor de mate waarin visserij een plek heeft in het UNESCO werelderfgoedgebied en het natura-2000 gebied? Waar kan dit onderzoek gevonden worden? In de bovenregionale plannen zit ook een onderdeel over visserijonderwijs. Hoe wordt vormgegeven aan de samenhang tussen verduurzaming en visserijonderwijs? Is daarbij ook aandacht voor recente inzichten en ontwikkelingen ten aanzien van vissenwelzijn? Welke ontwikkelingen en inzichten?
Vraag 4:
De projecten in de Kop van Noord-Holland zijn mede gericht op verduurzaming van de visserij. Er staat niet heel duidelijk aangegeven hoe de voorgestelde projecten duurzamer zijn dan de huidige werkwijze. In welk opzicht zijn voorgestelde projecten duurzamer dan de huidige werkwijze? Zijn dat dan ambitieuze maatregelen? Hoe wordt dat gecontroleerd?
Vraag 5:
Het VOP is tot stand gekomen samen met de belanghebbenden in de visserijgemeenschap en -sector. Beredeneerd kan worden dat de ontwikkeling van nieuwe, innovatieve producten die de zee en het Waddengebied kan bieden, zoals voedselvoorziening met zeewierproducten, een bijdrage kan leveren aan een toekomstbestendige en dus duurzame leefomgeving voor deze gemeenschap en sector. In het VOP komt dergelijke innovatie niet duidelijk naar voren. Hoe staat het college tegenover dergelijke ontwikkelingen en ziet het college ruimte om dergelijke projecten via het VOP mogelijk te maken?
Gedeputeerde Staten zullen de gestelde vragen zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen 30 dagen na binnenkomst, beantwoorden.
1: https://noordholland.partijvoordedieren.nl/moties/motie-een-impuls-voor-het-waddengebied
Indiendatum:
13 mei 2024
Antwoorddatum: 11 jun. 2024
Visserij Ontwikkel Plan NoordHolland - iBabs Publieksportaal (bestuurlijkeinformatie.nl)
Inleiding
Bij de stukken van de commissie vergadering Landelijk gebied van 15 april 2024 zat het Visserij Ontwikkelplan. De provincie participeert in dit plan. GroenLinks en Partij voor de Dieren hebben vragen over dit stuk:
Vragen
Vraag 1:
Er wordt gesteld dat er op moment geen financiële vraag bij de provincie is neergelegd. In het stuk is echter wel sprake van regionale cofinanciering. Hoe zit dit in elkaar? Is er sprake van cofinanciering vanuit andere organisaties/overheden in Noord-Holland voor de projecten in Noord-Holland? Hoe is daar dan de eventuele regie op?
Antwoord 1:
Tegenover de middelen die het Rijk beschikbaar stelt dient hetzelfde bedrag aan cofinanciering te staan. Dat kan zowel private als overheidsfinanciering zijn. De geïnventariseerde initiatieven voor het Visserij Ontwikkel Plan (VOP) laten zien dat er op dit moment geen concrete vraag aan de provincie Noord-Holland is gedaan voor eventuele cofinanciering. Het Waddenfonds is één van de organisaties die in beeld is voor cofinanciering. Bij een eventuele bijdrage van het
Waddenfonds kan ook provinciale cofinanciering aan de orde zijn. Deze cofinanciering is gekoppeld aan de bijdrage uit het Waddenfonds. Op dit moment worden voor de rijksmiddelen een SPUK (Specifieke Uitkering), een convenant en samenwerkingsovereenkomst uitgewerkt.
Hierin worden afspraken vastgelegd over onder meer de regie op het VOP.
Vraag 2:
a) Er wordt gesteld dat bij eventuele medefinanciering er gekeken wordt naar het Waddenfonds. De vier doelstellingen van het Waddenfonds zijn het versterken van landschap en natuur, het wegnemen van externe bedreigingen, duurzame economische ontwikkeling op de Waddenzee/energietransitie en ontwikkelen kennis. Als het gaat om een bijdrage vanuit het Waddenfonds aan het VOP, hoe worden de verschillende doelstellingen dan gewogen?
b) Is het college het ermee eens dat duurzame visserij niet per definitie gelijk staat aan het ontwikkelen van een duurzame economie van de Waddenzee?
c) In hoeverre is het college van plan bij eventuele medefinanciering de op 30 mei 2023 aangenomen motie Een impuls voor het Waddengebied [1] mee te laten wegen in de afweging om zo de vier doelstellingen van het Waddenfonds tot hun recht te laten komen?
Antwoord 2:
a) Een eventuele bijdrage uit het Waddenfonds wordt beoordeeld op projectniveau. Een bijdrage moet passen in openstaande subsidieregelingen van het Waddenfonds. Een aanvraag wordt
beoordeeld op de criteria die gelden voor het betreffende regeling van het Waddenfonds en daarmee aan de doelstellingen van het Waddenfonds. Een aanvrager voor subsidie in het kader van het VOP dient zelf desgewenst een aanvraag te doen voor aanvullende financiering vanuit het Waddenfonds.
b) Ja, visserij is slechts een onderdeel van de economie van de Waddenzee en staat daarom niet per definitie gelijk aan het ontwikkelen van een duurzame economie van de Waddenzee.
Duurzaamheid heeft bovendien zowel een economische, ecologische als maatschappelijke context.
c) Indien vanuit Waddenfonds steun wordt verleend voor projecten vindt de afweging hiervoor plaats op grond van de betreffende subsidieregeling van het Waddenfonds. Zie ook het antwoord op vraag 2a.
Vraag 3:
In het VOP op pagina 42 staat “Dit UNESCO werelderfgoed moet dus ook opengesteld blijven worden voor duurzame visserij, passend bij het ecologisch draagvlak van het gebied.” Is onderzocht wat dat ecologisch draagvlak is en wat dit betekent voor de mate waarin visserij een plek heeft in het UNESCO werelderfgoedgebied en het natura-2000 gebied? Waar kan dit onderzoek gevonden worden? In de bovenregionale plannen zit ook een onderdeel over visserijonderwijs. Hoe wordt vormgegeven aan de samenhang tussen verduurzaming en visserijonderwijs? Is daarbij ook aandacht voor recente inzichten en ontwikkelingen ten aanzien van vissenwelzijn? Welke ontwikkelingen en inzichten?
Antwoord 3:
De verwijzing naar pagina 42 betreft de omschrijving van het regioplan Noord-Nederland. In algemene zin geldt dat voor visserijactiviteiten een vergunning nodig is in het kader van de Omgevingswet en de Visserijwet. De toetsing aan het ecologisch draagvlak is geborgd via de
vergunningsprocedures. Hierbij vormt de passende beoordeling voor de Omgevingswet, waarbij het Natura2000 beheerplan voor de Waddenzee een van de toetsingskaders is en voor de Visserijwet de visbestanden. Beide beoordelingen vallen onder de verantwoordelijkheid van het Rijk. Het koepelplan vernieuwingsimpuls visserijonderwijs wordt onder andere ontwikkeld in samenwerking met de kennisorganisatie over zeevisserij 'Vistikhetmaar’. Deze organisatie heeft kennis over onder meer vissenwelzijn en andere aspecten van verduurzaming van de visserij. Hierbij gaat het onder meer over de keuze van het vistuig, de wijze van het binnenhalen van de netten tot en met de verwerking van vis. Informatie is te vinden op www.vistikhetmaar.nl/dossiers/vissenwelzijn.
Vraag 4:
De projecten in de Kop van Noord-Holland zijn mede gericht op verduurzaming van de visserij. Er staat niet heel duidelijk aangegeven hoe de voorgestelde projecten duurzamer zijn dan de huidige werkwijze. In welk opzicht zijn voorgestelde projecten duurzamer dan de huidige werkwijze? Zijn dat dan ambitieuze maatregelen? Hoe wordt dat gecontroleerd?
Antwoord 4:
Het VOP is gericht op het visgerelateerd cluster op het land, dus niet op de visserij op zee zelf.
Ten aanzien van de verduurzaming van de visserij richt het regioplan zich op de vermarkting en afzet. Bij het Blue Food Centrum Wieringen wordt ingezet op diversificatie van soorten en het frequent aanlanden van kwalitatief hoogwaardige producten in relatief kleine hoeveelheden. De visafslag is nu vooral gericht op garnalen. De aanvoer en verwerking van andere visserijproducten is nu logistiek lastig en kostbaar. De ambitie is om de logistiek te verbeteren en de producten beter in de markt te zetten.
Vraag 5:
Het VOP is tot stand gekomen samen met de belanghebbenden in de visserijgemeenschap en -sector. Beredeneerd kan worden dat de ontwikkeling van nieuwe, innovatieve producten die de zee en het Waddengebied kan bieden, zoals voedselvoorziening met zeewierproducten, een bijdrage kan leveren aan een toekomstbestendige en dus duurzame leefomgeving voor deze gemeenschap en sector. In het VOP komt dergelijke innovatie niet duidelijk naar voren. Hoe staat het college tegenover dergelijke ontwikkelingen en ziet het college ruimte om dergelijke projecten via het VOP mogelijk te maken?
Antwoord 5:
We hebben grote waardering voor de samenwerking en het resultaat. Wij zijn er ook van overtuigd dat de plannen bijdragen aan een toekomstbestendige en duurzame leefomgeving voor de visserijgemeenschappen en sector. In het regioplan Kop van Noord-Holland is ruimte voor de ontwikkeling van nieuwe innovatieve producten en vernieuwend ondernemerschap. De kweek van vis en algen is voorzien als onderdeel van het kennisintensief cluster van
aquacultuur op Texel. De totale investeringskosten voor het cluster zijn geraamd op circa €6,8 mln. De afzetkant is voorzien in het regionaal Bluefood Centrum Wieringen als onderdeel van bestaande visafslag Wieringen. Naast de traditionele visserijproducten is het plan dat in dit
centrum ook nieuwe producten zoals algen en zeewier worden verwerkt en afgezet. In het Blue Food Centrum Wieringen is er specifiek aandacht voor een Innovatie Atelier. Dit is een samenwerking tussen de visserijsector en toeleveringsbedrijven. Door de sanering in de visserij
verandert er veel voor de gemeenschap en de sector, maar ontstaan er juist ook kansen voor (jonge) ondernemers met innovatieve plannen. De investeringen voor het Blue Food Centrum Wieringen zijn geraamd op €6,7 mln. Op dit moment is er nog geen concrete financiële vraag
aan ons gericht, maar wij zijn uiteraard nauw betrokken bij de uitwerking van de plannen.
1: https://noordholland.partijvoordedieren.nl/moties/motie-een-impuls-voor-het-waddengebied
Wij staan voor:
Interessant voor jou
Vragen over rapport pilot indirecte lozingen giftige stoffen
Lees verderVragen over de klimaatimpact van melkvee
Lees verder