Anticiperen op gewijzigd klimaatbeleid Kabinet n.a.v. hoger beroep in Urgenda Klimaatzaak
Indiendatum: sep. 2015
Inleiding
Het Kabinet is in beroep gegaan tegen de uitspraak van de rechter inzake de Urgenda Klimaatzaak. Ondanks dit begint Staatssecretaris Mansveld (Milieu) wel met het uitvoeren van het vonnis uit juni dat de staat verplicht tot 25 procent minder CO2-uitstoot in 2020. Nu koerst Nederland af op 17 procent minder broeikasgas dan in 1990.
De Partij voor de Dieren acht het verstandig te anticiperen op het gewijzigde beleid.
Vragen
1. Welke gevolgen heeft het feit dat staatsecretaris Mansveld uitvoering zal geven aan het vonnis om de CO2-uitstoot met 25% te verminderen in 2020 voor de duurzaamheidsdoelstellingen zoals de provincie die nu voorstaat?
2. Hoe groot is de huidige CO2 besparing die in Noord-Holland in 2020 ten opzichte van 1990 zal worden gehaald zonder extra maatregelen?
3. De veehouderij stoot meer CO2 uit dan alle verkeer en vervoer samen: maar liefst 18% van de wereldwijde CO2 uitstoot is afkomstig van de veehouderij. Erkent u de grote negatieve impact van de veehouderij op het klimaat, alsook het belang van het inperken van de veestapel om de CO2-uitstoot te verminderen? Zo nee, waarom niet?
4. Noord-Holland ligt grotendeels onder NAP. Klimaatveranderingen en de daarmee gepaard gaande stijging van de zeespiegel zullen dus juist in onze kustprovincie desastreuze gevolgen kunnen hebben. Bent u bereid om, in navolging van de Staatssecretaris, de inspanningen om de CO2-uitstoot in Noord-Holland te beperken op te schroeven? Zo nee, waarom niet?
Indiendatum:
sep. 2015
Antwoorddatum: 2 sep. 2015
1. De provincie Noord-Holland is partner van het Nationaal Energieakkoord, een antwoord op het behalen van nationale CO2-reductiedoelstellingen. Het is nog niet duidelijk welke plannen staatssecretaris Mansveld heeft om de CO2-uitstoot met 25 % te verminderen en of ze dit onderdeel wil laten uitmaken van het Nationaal Energieakkoord. De verwachting is dat het Rijk dit eind 2015 bekend maakt. Wij volgen deze ontwikkelingen en zullen dit als afweging meenemen in het nieuw te ontwikkelen beleid.
2. Deze berekeningen worden gemaakt in het kader van het Nationaal Energieakkoord en niet op provinciaal niveau.
3. Wij erkennen dat de productie van voedsel, net als andere producten, ook leidt tot CO2-uitstoot. Dit geldt op onderdelen dus ook voor de veehouderij. Overigens heeft de Universiteit van Wageningen in 2008 berekend dat dit percentage in Nederland niet 18 % maar 8% is. Het eventueel terugdringen van de veestapel beschouwen wij niet als een provinciale verantwoordelijkheid, maar die van de Europese Unie en het Rijk.
4: Een overstroming kan in Noord-Holland inderdaad desastreuze gevolgen hebben en inzetten op mitigatie (beperken CO2-emissie) alleen is – hoe belangrijk ook – helaas niet genoeg om dat risico weg te nemen. Daarom wordt landelijk ook geïnvesteerd in kustveiligheid (door het Rijk) en ontwikkelen we zelf beleid om het achterland stap voor stap waterrobuust ingericht te krijgen voor het geval het toch een keer mis gaat (laag twee van meerlaagsveiligheid –aanpak ). Dit is ook conform de landelijke afspraken die vastgelegd zijn in het Deltaprogramma. Ons eigen beleid is vastgelegd in de Structuurvisie, Ontwerp-Watervisie en de Provinciale Ruimtelijke Verordening. Wij dragen bij aan het terugdringen van de CO2-uitstoot, zie daarover beantwoording bij vraag 1, en daarmee dus ook aan de doelstellingen uit het Nationaal Energieakkoord.
Interessant voor jou
Vragen over plannen voor provinciale kringloop van mest
Lees verderVerlaging storting reserve groen
Lees verder